02 september, 2009

De Grauwe franjepoot

Natuur in onze omgeving 

Publicatie in  MAASSTAD weekbladen 09-2009

Op 18 september j.l. verscheen op   www.waarneming.nl  
de melding dat  in het gebied Vockestaert ten noorden van Schiedam een Grauwe Franjepoot was gesignaleerd. Regelmatig check ik deze site om na te gaan of er nog leuke waarnemingen zijn en nu was het zover. Een tikkeltje opgewonden pak ik mijn camera, telescoop en statief om goed beslagen ten ijs te komen. Binnen 10 minuten ben ik ter plaatse in gezelschap van nog enkele andere vogelaars. De Grauwe franjepoot laat zich fantastisch mooi zien. Als een draaitol zoekt hij de wateroppervlakte af naar kleine ongewervelde waterdiertjes en insecten. Zoals meestal met Grauwe franjepoten is het vogeltje uiterst tam en heeft kennelijk nog geen slechte ervaringen met mensen op gedaan. Dat is op zich niet zo vreemd als je bedenkt dat ze hun broedgebieden hebben in noordelijk Europa, IJsland en Rusland waar de bevolkingsdichtheid niet erg groot is. De doortrek vind voornamelijk plaats over Oost-Europa naar hun zuidelijk gelegen overwinteringsgebieden in de Arabische zee en de Oost-Indische kustgebieden. Het is dus heel opmerkelijk dat ze toch soms op doortrek Nederland aandoen. Met de Grauwe franjepoot is iets opmerkelijks aan de hand. De mannetjes zijn minder fel gekleurd dan de vrouwtjes, broeden de eieren uit en verzorgen de jongen. De vrouwtjes bekommeren zich niet om hun nageslacht en proberen alleen maar hun eieren te slijten aan zorgzame mannetjes. Ze onderhouden hiervoor een territorium dat ze tegen andere vrouwtjes verdedigen. Dat is normaal gesproken de taak van de mannetjes in de vogelwereld!

De Paardebijter

Natuur in onze omgeving 

Publicatie in  MAASSTAD weekbladen 09-2009

Men neemt aan dat de naamgeving komt van het feit
dat deze libel vlak langs dieren en mensen scheert om insecten te vangen en het lijkt alsof ze bijten. Bij paarden worden voornamelijk vliegen en dazen gevangen. Daar kan je als paard geen bezwaar tegen hebben. De Paardenbijter behoort tot de echte libellen en is nu volop te zien langs de Poldervaart. De vliegtijd is van midden juni tot begin november.  Nu zijn het nog onze eigen in Nederland geboren Paardenbijters, maar over een aantal weken worden deze aangevuld met trekkers uit Midden-Europa. De soortherkenning is, voor een leek zoals ik, niet eenvoudig. Ze lijken veel op de Venglazenmaker en op enkele onopvallende kenmerken na, bijna niet van deze glazenmaker te onderscheiden. Het makkelijkst is het kenmerk van de spijker boven op het borststuk.  Het vogelen in de zomer ligt nu op een laag pitje. Een mooi alternatief zijn de libellen en vlinders die nu volop actief zijn. Sinds kort ben ik in het bezit van een libellengids en een vlindergids. Er gaat echt een wereld voor je open als je kijkt wat er in onze omgeving allemaal is te zien. Gelukkig kan ik ze fotograferen en  thuis op naam brengen. Dat zou in het veld niet eenvoudig zijn. Zo ben ik er achter gekomen dat er naast de Paardenbijter ook libellen in onze omgeving voorkomen zoals de Houtpantserjuffer, de Watersnuffel, het Lantaarntje, de Vroege glazenmaker, de Bloedrode- , de Bruine- en de Steenrode heidelibel. Veel informatie is te vinden op het libellennet van de vlinderstichting  http://www.libellennet.nl/  Ik vind het heel erg leuk dat ik weer een nieuwe passie heb gevonden! Wellicht is het ook iets voor u.

02 augustus, 2009

De Woudaap superzeldzaam

Natuur in onze omgeving

Publicatie in  MAASSTAD weekbladen 08-2009

Apen in onze omgeving? Nee, natuurlijk niet. Woudapen
ook bijna niet, hoewel… je weet het nooit. Er is een plek in de omgeving van Rotterdam waar de Woudaap zich nog steeds kan handhaven. Superzeldzaam zijn ze en vrijwel niet meer te zien in Nederland. De Woudaap is een kleine reigerachtige niet veel groter dan een Tortelduif. In vlucht is hij opvallender dan in zit, vooral de lichte vleugelvlekken zijn kenmerkend. Vliegend doet hij mij aan een grote vlinder denken!   Het leefgebied bestaat uit moeras met dichte oude rietkragen die overgaan in ruigtes met wilgen en biezen. Hiervan heeft Nederland gelukkig nog genoeg te bieden. Waarom het Woudaapje in Nederland zo zeldzaam geworden is weten we niet. Ze overwinteren in Afrika ten zuiden van de Sahara en moeten jaarlijks een flinke risicovolle trektocht ondernemen. Eind mei zijn ze weer terug waarna meteen de balts begint. Vaak klimt het mannetje (als een aapje!) naar de top van een bosje oud riet en laat een soort geblaf horen dat lijkt op een ver weg klinkende hond. Hiermee geeft hij aan; dit is mijn gebied en ik ben beschikbaar voor de vrouwtjes! Dit is de periode waarin de Woudaap het beste is te zien. Ook als er jongen zijn zie je regelmatig beide ouders heen en weer vliegen om de jongen te voeren. Normaal gesproken leiden ze een verborgen leven en is het echt een buitenkans er eentje te zien. Wereldwijd hebben ze een enorm verspreidingsgebied en komen voor in Australië, Azië, Europa en Afrika. Ik vind het heel bijzonder dat ze nog steeds in Nederland voorkomen en jaarlijks naar dat kleine stukje groen terugkeren in de omgeving van Rotterdam.