27 oktober, 1995

Turkije omgeving Kusadasi 22-10 t/m 27-10-1995

Turkije omgeving Kusadasi 22-10 t/m 27-10-1995

Inleiding
Van Schiphol Amsterdam vertrekken we met AIR ALFA om 19.15 uur naar Iszmir in Turkije. De vertraging bedraagt maar liefst 8 uur! Ria mijn echtgenoot ondergaat gelaten deze vertraging. Wat kan je er aan doen! Om ca. 01.00 de volgende ochtend is de aankomst op het vliegveld van Iszmir. Bij de 4 vlieguren komt er nog een tijdsverschil van 1 uur bovenop. Om ca. 2.30 uur ploffen we uiteindelijk doodmoe in bed van het hotel. Geen positief begin van onze vakantie! Ons hotel "Yekta" ligt ongeveer 500 meter van het strand en is centraal gelegen in Kusadasi. De faciliteiten op de hotel kamer zijn redelijk verzorgd. Het uitzicht naar de oostkant is zeer beperkt en wordt op korte afstand belemmerd door een leegstaand hotel. We hadden logies met ontbijt geboekt. Hoewel de hoteleigenaar er alles aan doet om het ons naar de zin te maken, is het ontbijt desondanks maar matig van kwaliteit. Voor koffie of een eitje moet bijbetaald worden! De "warme maaltijd" die we in het centrum van de stad nuttigden was, onverschillig waar we aten, van prima kwaliteit en spotgoedkoop. Een compleet diner voor twee personen kost nog geen FL.35,- Dat kom je niet vaak meer tegen vandaag de dag.

Dagoverzichten

22 oktober
Na een slechte nachtrust en een redelijk ontbijt vertrekken we om ca. 9.30 uur naar Epheze. Epheze is een ruïnestad van het begin van onze jaartelling en ligt ca. 20 km ten noorden van Kusadasi. Hoewel er veel pilaren en brokstukken kriskras verspreid liggen is er wel degelijk een patroon te ontdekken. Het oorspronkelijke stratenplan is nog aanwezig. Het hoogtepunt vormt ongetwijfeld de Celsius bibliotheek waarvan de voorgevel de tand des tijd heeft doorstaan. Ook het theater, groots van opzet, mooi gelegen tegen een berghelling, is een waar spektakelstuk. Opmerkelijk veel Turkse rotsklevers laten her en der hun vrolijke gezang horen. Een prachtige levendige vogel, beslist niet schuw, hoe kan het anders met alle toeristen die altijd massaal Epheze bezoeken. Naast een blauwe rotslijster zien we ook veel gekraagde- en zwarte roodstaarten. De vraag is of er sprake is van doortrek. Omhoogkijkend vanaf de tribune van het theater zie ik pal erboven een prachtige arendbuizerd cirkelen. De kenmerken, zoals de zwarte vleugelrand, de okerkleurige staart, de zwarte polsvlekken waren perfect te zien. Dit toeristische bezoek aan Epheze levert dus meteen twee nieuwe "wereldsoorten" op. De verwachtingen voor morgen, als we een echt natuurgebied gaan bezoeken, zijn hooggespannen.

23 oktober
Na een prachtige tocht, weliswaar met wat omwegen, komen we uit bij aan noordkant van de delta B. Menderes Nehri. In het kleine dorpje Doganby doen we wat inkopen voor de lunch. Vanaf de weg die iets hoger ligt dan de ernaast gelegen vlakte genieten we van het prachtige uitzicht over de baai. Honderden flamingo’s vormen een roze lint aan de horizon. Een eenzame kroeskoppelikaan zwemt er wat verloren tussen. Van Doganby vertrekken we naar Milete. Halverwege komen we een kudde geiten tegen waarvan de eigenaar via een bekend gebaar een sigaret bietst. Aan dit verzoek voldoen we graag. We maken gelijk van de gelegenheid gebruik om de kudde die kriskras over de weg loopt te filmen. Vlak voor de brug over het verversingskanaal rijden we een stuk de vlakte van de grote meander in. Het pad is redelijk begaanbaar. Na een kwartier rijden stoppen we voor een kleine picknick. Rechts van de weg op ca. 100 meter in een baai zien we wederom honderden flamingo’s en tientallen kleine- en grote zilverreigers. Het lijkt de moeite waard eens wat dichter bij te lopen (struikelen). Het veld dat we over moesten steken is omgeploegd en doorsneden met kleine opgedroogde geulen, althans dat denkt mijn partner. Dit levert haar meteen een zogenaamd "zeilertje" op. Helaas staat er een stevige bries en is filmen niet goed mogelijk. Terug bij de auto, die langs het kanaal geparkeerd staat, zien we een witgatje. Over ons heen trekken groepen flamingo’s, twee kroeskoppelikanen (een fantastisch gezicht) en een grote zilverreiger. Vervolgens gaan we terug naar de hoofdweg richting Milete (prachtige arena) aan de zuidkant van de delta. Van een mooi uitzichtpunt tussen Akkoy en Didam kijken we voor de laatste keer over de vlakte. Helaas is veel in cultuur gebracht. De katoenplant schijnt hier goed te gedijen op de ziltige vlakte. Onafzienbare velden met wit pluis worden op het tijdstip van onze aanwezigheid geoogst. Tientallen vrouwen met kleurige hoofddoeken gaan in gelid het veld af om handmatig het katoen te plukken. Goed zichtbaar is het resultaat van hun arbeid, omdat de vlakte die ze geplukt hebben groen zonder wit pluis achterblijft. Langs de wegen veel tractoren met aanhangers volgeladen met katoenbalen. Opmerkelijk zijn de kleine tentenkampen waar de landarbeiders gehuisvest zijn. Alle materialen zijn bruikbaar voor een dergelijk onderkomen. Na Yenikoy via een kaarsrechte weg vol met verraderlijke putten waar het asfalt volledig verdwenen is, rijden we via Soke weer naar de "thuisbasis" Kusadasi.

24 oktober
Wederom net als de afgelopen week zijn de weersgoden ons goed gezind. Een temperatuur van 20 graden en een flets zonnetje. Prima wandelweer! Vandaag gaan we naar het nationale park Samsundagi. Na een prachtige rit langs de kust komen we vrij eenvoudig (het "Millipark" staat goed aangegeven) bij de ingang van het park. Na het betalen van een kleine vergoeding rijden we langs de noordkant van de enorme bergketen die ca. 30 km lang is. De bergketen steekt als een schiereiland in zee uit. Al snel zien we het Griekse eiland Samos liggen. De bergketen strekt zich, slechts onderbroken door een smalle zeestraat, tot over Samos uit. Op verschillende punten langs de weg zijn kleine picknickplaatsen aangelegd met een fenomenaal uitzicht over de Aegeische zee. Ongeveer 10 km vanaf de ingang (goed aangegeven) bevind zich een kloof. Het pad hierdoor is goed begaanbaar en gaat flauw omhoog de bergen in. De kloofbreedte varieert van ca. 10 tot 100 meter. De wandeling is werkelijk een verademing. Slechts het geluid van vogels en opmerkelijk genoeg ook van zoemende insecten was hoorbaar. Het park is oorspronkelijk gesticht voor het behoud van de anatolische panter. Helaas is er na 1952 niet één meer waargenomen en zijn ze waarschijnlijk uitgestorven. De vogelrijkdom komt in het voorjaar waarschijnlijk beter tot zijn recht. De roodborst is zeer algemeen, verder zien we nog vlaamse gaai, goudhaan, koolmees, vink, putter, en zwarte roodstaart. Een overvliegende sperwer maakt het lijstje compleet. Een matige score! Het landschap maakt veel goed. Na een kort verblijf aan het strand, dat vergeven was van de wespen, vertrekken we naar het Bafa golu meer aan de zuidkant van de grote meander. Via Soke rijden we richting Bodrum. Bij Senikor slaan we af. Een brede asfaltweg vernauwt zich al snel in het dorpje Sarikemer. Hier heeft de tijd echt stil gestaan. Overal zien we rondscharrelende kippen, koeien en geiten. De huisjes zien er zeer armoedig uit. De wegen zijn buitengewoon slecht en zijn alleen nog maar geschikt voor een motorcross. Aan de rand van het dorpje ligt de vlakte van de grote meander met aan de horizon het Bafa golumeer. Het blijkt uiteindelijk ondoenlijk het meer vanuit deze kant te benaderen. We besluiten via de zuidoever, waarlangs een geasfalteerde weg loopt, het meer te verkennen. Op het meer zien we duizenden meerkoeten en honderden smienten en kuifeenden. Hier en daar zien we een fuut, enige tientallen geoorde futen en dodaarzen. Behalve ook nog enkele door ons opgeschrikte watersnippen en kokmeeuwen zien we weinig bijzondere soorten. Ook nu vergoedt het schitterende landschap weer veel. Op de terugweg tanken we nog even. De pompbediende geeft heel enthousiast mijn huurauto een complete wasbeurt, terwijl we alleen op de voorruit hadden gerekend! Landschappelijk zijn we zeer zeker aan onze trekken gekomen, wat de vogels betreft was het beneden verwachting.

25 oktober
Vandaag houden we een rustige dag. ‘s Morgens nemen we de weg dwars door de "kleine meander". De vlakte is overal gortdroog. Behalve een kleine zwartkop, een kuifleeuwerik, een putter en heel veel huismussen zien we heel weinig. Op de terugweg naar Epheze zien we nog een prachtige buizerd. ‘s Middags gaan we naar het "vogeleiland" voor de kust van Kasudasi". Dit eiland is door een lange dam met het vaste land verbonden. Vooral bij het passeren van kleine vissersboten zien we veel foeragerende geldpotmeeuwen, zwartkopmeeuwen en kokmeeuwen.

26 oktober
Pumakkale is vandaag het doel. De sneeuwwitte kalkterrassen, prachtig omzoomd met roodbloeiende oleanderstruiken zou het hoogtepunt van onze vakantie kunnen worden. De rit er naar toe voert ons over vaak slechte asfaltwegen, waarlangs het schilderachtige en ook armoedige Turkse platteland te zien is. Overal zien we langs de weg fruitstalletjes met een beperkte sortering van sinasappelen, mandarijnen en appels. Zeer goedkoop verkrijgbaar. Naarmate de rit vordert wordt het weer slechter. Boven de bergen in de verte, die de vlakte omlijst, heel veel bewolking. Het landschap wordt er steeds troostelozer onder. Langs de weg veel bonte kraaien die de film van hitscock "de birds" doet herleven. Na een rit van ca. 210 km! zijn we eindelijk aan de voet van het Pamukkaleplateau. Het is ondanks de regen een schilderachtig gezicht. Hoe we boven moeten komen is niet meteen geheel duidelijk. Het beste lijkt ons om een touringcarbus met toeristen te volgen. Na een zeer slechte bochtige weg komen we boven het plateau uit. De regen is nu opgehouden en we zoeken snel een parkeerplaats voor de auto. Het is een verbluffend gezicht de blinkend witte terrassen te zien die trapsgewijs op de helling gevormd zijn. Veel toeristen, pootje badend, leven zich uit. Boven op het plateau bevindt zich een zwembad dat gevoed wordt door het water van de bron. De rand hiervan wordt overstroomd met warm bronwater.De optrekkende nevel geeft het allemaal een onwerkelijk karakter. De gigantische steenblokken van de hoger gelegen ruines vervolmaken het aparte decor van de nevelwitte kalkterrassen. Na een kort verblijf, in verband met de zeer snel optrekkende mist , vertrekken we weer naar onze thuisbasis.

27 oktober
‘s Morgens bezoeken we de markt in Kusadasi. We zien heel veel van het zelfde. Het is onbegrijpelijk dat een ieder zijn bestaan heeft. Ook hier is de sortering op de groente- en fruitmarkt zeer beperkt. De kleding en ledermarkt is voor ons interessanter. Het aanprijzen van alle koopwaar en het indringende leuren komt op ons westerlingen irritant over. Rustig iets bekijken zonder opdringerige kooplui is niet mogelijk. Nadat we een lederen tas en twee portefeuilles kopen (afdingen tot ongeveer de helft!) vertrekken we weer naar de delta van de grote meander. Na de lunch rijden we richting Milete. Milete is een oude ruïnestad van rond het begin van onze jaartelling. Op de ruines zien we o.a. rotsklever,roodborst, roodborsttapuit, zwarte roodstaart, gekraagde roodstaart, rotsduif, winterkoning, koolmees en blauwe rotslijster. Onder de poorten van het theater liggen veel braakballen van vermoedelijk de kerkuil. Na een leuke afwisselende tocht gaan we weer terug naar het hotel

Resumé
Hoewel de "oogst" aan vogels tegenvalt, hebben we het toch buitengewoon goed naar ons zin gehad. De serene rust van de delta’s, de prachtige oude ruines, het schilderachtige platteland en ‘s avonds de gezelligheid van Kusadasi stonden borg voor een onvergetelijke vakantie.