Sijs Spinus
spinus
De Sijs heeft een kenmerkend uiterlijk en een prachtige zang. Hij heeft een compacte lichaamsbouw en een korte, kegelvormige snavel. Mannetjes hebben een felgele borst en gezicht, terwijl vrouwtjes een wat mattere kleur hebben. De bovenkant van de vogel is overwegend bruinachtig van kleur, terwijl de onderkant geel tot groenachtig is. Het mannetje heeft een opvallend zwart gezichtsmasker en een zwarte kin. De Sijs staat bekend om zijn prachtige zang. Het liedje van de Sijs is zeer gevarieerd en bestaat uit verschillende fluittonen en trillers. De Sijs komt voor in grote delen van Europa en broedt voornamelijk in naaldbossen en gemengde bossen. In de wintermaanden trekt de Sijs naar de meer gematigde gebieden, waar voedsel en een geschikt klimaat te vinden zijn. De Sijs is voornamelijk een zaadeter en eet vooral zaden van naaldbomen en berken. De Sijs begint al vroeg in het jaar met broeden. Het vrouwtje bouwt een nestje van takjes en mos, meestal in een naaldboom of struik. Ze legt ongeveer 4 tot 6 eieren, die ze alleen bebroedt. Na ongeveer 12 tot 14 dagen komen de eieren uit en worden de jongen gevoed door beide ouders. Na ongeveer 12 tot 14 dagen verlaten de jongen het nest. De Sijs is deels een trekvogel en verlaat in de wintermaanden de noordelijke delen van Europa om naar de meer gematigde gebieden te trekken. In de wintermaanden is de Sijs vaak te zien in de omgeving van de Poldervaart.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten