01 september, 2024

Braamsluiper  Curruca curruca

De Braamsluiper is een vogel die vaak onopgemerkt blijft en pas opvalt als hij uitbundig zingt, vooral tijdens de weken rond Koningsdag. Gedurende de rest van het jaar is hij zwijgzaam. Zijn zang bestaat uit een snelle, klepperende ratel, vaak voorafgegaan door een brabbelende zang met scherpe tonen. De meest gehoorde roep is een korte tik, die klinkt als twee steentjes die tegen elkaar worden geketst. De Braamsluiper broedt vanaf eind april en heeft één of twee legsels per jaar van 3-7 eieren. Het mannetje bouwt één of meerdere nesten, een simpele bodem om vrouwtjes te verleiden, die later gebruikt kunnen worden om het definitieve nest op te bouwen. Dit nest is een diepe kom van grassen. Na 11-12 dagen broeden zitten de jongen nog 12-13 dagen in het nest. Na het uitvliegen worden ze nog 18-20 dagen gevoed door de ouders. Braamsluipers zijn het talrijkst in duingebieden met doornstruwelen en kleinschalig boerenland met veel heggen. Ze mijden grote bosgebieden en bewonen in stedelijk gebied (schaars) parken en tuinen. Hun voedsel bestaat uit insecten, spinnen, duizendpoten en kleine slakjes. In de herfst eten ze ook bessen. In het najaar trekken ze zuidoostelijk weg richting de Balkan, via Israël en Egypte naar Oost-Afrika. Ze overwinteren in Tsjaad, Soedan, Ethiopië en het Arabisch Schiereiland. De braamsluiper is schaars in de omgeving van de Poldervaart en het Prinses Beatrixpark.. 




Geen opmerkingen:

Een reactie posten