Nachtegaal  Luscinia megarhynchos

De Nachtegaal is een kleine zangvogel die behoort tot de familie van de vliegenvangers. De kleur van de veren is over het algemeen bruinachtig met een beige onderkant. De vogel heeft een lange staart die roodbruin is. Wat de Nachtegaal echt bijzonder maakt, is zijn zang. Het lied van de Nachtegaal is melodisch en complex en varieert in toonhoogte en tempo. Het wordt vaak beschouwd als een van de mooiste vogelgeluiden ter wereld en wordt geassocieerd met romantiek en poëzie. Het lied van de Nachtegaal wordt vaak beschreven als een "symfonie van geluiden" en kan tot wel 100 verschillende tonen bevatten. Nachtegalen zijn voornamelijk solitaire vogels die leven in struikgewas, bosranden en dichte bossen. Ze zijn vaak actief tijdens de nacht en rusten overdag. De Nachtegaal voedt zich hoofdzakelijk met insecten, wormen en slakken. Het dieet van de vogel kan variëren afhankelijk van het seizoen en de beschikbaarheid van voedsel. De Nachtegaal is een trekvogel en komt voor in Europa, Noord-Afrika en Azië. De vogel trekt in de winter naar het zuiden om te ontsnappen aan de koude temperaturen en keert in de lente terug naar het noorden om te broeden. Nachtegalen broeden meestal in struikgewas of op de grond in dichte vegetatie. Het vrouwtje legt meestal 4-6 eieren per broedsel, die ze uitbroedt gedurende ongeveer 12-14 dagen. Na het uitkomen worden de jongen gevoed door beide ouders. Nachtegalen zijn zeldzaam in de omgeving van de Poldervaart. 

 

Stormmeeuw Larus canus

De Stormmeeuw is een middelgrote meeuwensoort. Ze hebben een witte kop, nek en borst en een grijze rug en vleugels met zwarte vlekken. De staart is ook grijs en de poten zijn roze. Stormmeeuwen zijn voornamelijk te vinden langs de kusten van Noord-Europa en worden vaak gezien tijdens stormachtig weer. Echter ook regelmatig in het binnenland te vinden zoals foeragerend langs de Poldervaart. Ze zijn opportunistische omnivoren en voeden zich met vis, schaaldieren, insecten, afval en soms ook kleinere vogels. Stormmeeuwen zijn bekend om hun agressieve gedrag tijdens het broedseizoen en kunnen agressief reageren op indringers in hun territorium. In de winter trekken Stormmeeuwen naar het zuiden, waar ze zich voeden met voornamelijk vis en schaaldieren in kustgebieden en estuaria. Ze zijn een veelvoorkomende verschijning op stranden, pieren en in havens en worden vaak gezien zwevend in de lucht of op zoek naar voedsel op het strand.

Blauwborst  Luscinia svecica

De Blauwborst is een kleine zangvogel die behoort tot de familie van de vliegenvangers. De kleur van de veren is over het algemeen bruinachtig met een blauwe borst bij het mannetje. De vogel heeft een lange staart die aan de onderkant roodbruin van kleur is. Wat de blauwborst echt bijzonder maakt, is zijn zang. Het mannetje zingt een melodieus en complex lied dat bestaat uit verschillende tonen en variaties. Het lied van de Blauwborst is helder en vrolijk en wordt vaak beschreven als een van de mooiste vogelgeluiden. Het vrouwtje heeft ook een zang, maar deze is minder complex dan die van het mannetje. Blauwborsten leven voornamelijk in open bossen, moerassen en andere vochtige gebieden. Ze zijn vaak actief tijdens de dag en rusten 's nachts. De blauwborst voedt zich met insecten, wormen, slakken en kleine zaden. Het dieet van de vogel kan variëren afhankelijk van het seizoen en de beschikbaarheid van voedsel. De blauwborst is een trekvogel en broedt in Europa en Azië. Hij overwintert in Afrika en Zuid-Azië. Blauwborsten broeden meestal op de grond in dichte vegetatie. Het vrouwtje legt meestal 4-6 eieren per broedsel, die ze uitbroedt gedurende ongeveer 12-14 dagen. Na het uitkomen worden de jongen gevoed door beide ouders en blijven ze ongeveer 10-15 dagen in het nest voordat ze uitvliegen. Algemeen in rietgebieden rond de Poldervaart.

 

Roodborst   Erithacus rubecula

Als ik 's ochtends vroeg in het donker de deur uit ga, hoor ik vaak een Roodborst zingen. Het is een genot om naar de prachtige "parelende" zang te luisteren. Zelfs in de wintermaanden zingt het Roodborst gewoon door en zingen nu zelfs de vrouwtjes hun liedje mee, terwijl dit normaal gesproken een kenmerk is van de mannetjes. Roodborstjes zingen om hun territorium af te bakenen en laten hiermee weten: let op, hier ben ik de baas! Andere Roodborsten worden er op deze manier van weerhouden om ook hun graantje mee te pikken. Het is puur eigenbelang om het territorium alleen voor zichzelf te houden en gericht op overleven in de winter. Het gebied wordt fel verdedigd tegen rivalen. Hierbij wordt de rode borst getoond om te imponeren en als dat niet helpt, dan wordt er zelfs geweld toegepast! Opmerkelijk is dat de Roodborst in de winter in uw tuin een ander individu is dan die normaal gesproken in de zomer in uw tuin verblijft. Onze "eigen" Roodborst overwinteren in Frankrijk en Spanje en zoeken een warmer klimaat op. Roodborstjes uit Scandinavië trekken weer naar onze omgeving om hier en in de ons omringende landen te overwinteren. Ook voor hen is het klimaat hier relatief zachter dan in hun geboorteland. Deze trekgegevens zijn ontleend aan ringonderzoek. Hieruit is ook gebleken dat Roodborstjes elk jaar weer opnieuw in hun eigen gebied opduiken om te overwinteren. Dus, nu weet je dat je "eigen" Roodborst eigenlijk twee individuen zijn. Zeer algemeen in de omgeving van de Poldervaart.

Grauwe vliegenvanger Muscicapa striata

De Grauwe Vliegenvanger is een kleine zangvogel met bescheiden kleuren. Hij heeft donkergrijze bovendelen en een lichtgrijze onderkant. Zowel het mannetje als het vrouwtje zien er hetzelfde uit. Wat betreft de zang van de grauwe vliegenvanger, deze is vrij eenvoudig en bestaat uit enkele fluittonen. Het mannetje zingt vooral tijdens het broedseizoen om zijn territorium af te bakenen en vrouwtjes aan te trekken. Grauwe Vliegenvangers leven hoofdzakelijk in loof- en naaldbossen, maar ze kunnen ook in parken en tuinen worden gevonden. Ze zijn voornamelijk actief tijdens de dag en rusten 's nachts. Deze vogels voeden zich voornamelijk met insecten, zoals vliegen, muggen en vlinders die ze vangen ze in de vlucht. De grauwe vliegenvanger is een trekvogel en broedt in Europa en delen van Azië. Hij overwintert in tropisch Afrika. Tijdens het broedseizoen bouwen ze meestal hun nest in bomen, op een tak of in een nestkast. Het vrouwtje legt gewoonlijk 4-6 eieren per broedsel, die ze gedurende ongeveer 12-14 dagen uitbroedt. Na het uitkomen worden de jongen gevoed door beide ouders en blijven ze ongeveer 14-18 dagen in het nest voordat ze uitvliegen. De Grauwe Vliegenvanger wordt beschouwd als een nuttige vogel vanwege zijn vermogen om insecten te vangen die als plaag kunnen worden beschouwd. In de omgeving van de Poldervaart is de Grauwe Vliegenvanger een schaarse broedvogel.

Sierlijke vogels

Ongeveer een week geleden zag ik bij de Rottemeren, gelegen tussen Lansingerland en Zuidplas, drie vogelsoorten die op vergelijkbare wijze aan het foerageren waren. Wat vooral opviel, was hun sierlijke vlucht en enorme wendbaarheid. Het was een waar genoegen om deze vogels met elkaar te vergelijken.

Dwergmeeuw   .    Little Gull  ·  Hydrocoloeus minutus

Dwergmeeuw   .    Little Gull  ·  Hydrocoloeus minutus

Dwergmeeuw   .    Little Gull  ·  Hydrocoloeus minutus

Dwergmeeuw   .    Little Gull  ·  Hydrocoloeus minutus

Visdief - Common Tern  ·  Sterna hirundo

Visdief - Common Tern  ·  Sterna hirundo

Zwarte Stern   .   Black Tern  ·  Chlidonias niger

Zwarte Stern   .   Black Tern  ·  Chlidonias niger

Zwarte Stern   .   Black Tern  ·  Chlidonias niger

Zwarte Stern   .   Black Tern  ·  Chlidonias niger